Een dag geen DBA-nieuws, is een dag niet geleefd. Staatssecretaris Wiebes heeft op 16 januari jl. weer een brief verstuurd met daarin een uitleg over hoe wij dat ‘niet-handhaven’ zouden moeten zien.
In het kort: Wiebes stelt in zijn brief dat het kabinet gaat onderzoeken hoe de criteria die belangrijk zijn bij het bepalen of sprake is van loondienstverband concreter of anders ingevuld kunnen worden. Wiebes stelt ook dat het kabinet haast wil maken met het onderzoek en hoopt nog vóór een volgend regeerakkoord met resultaten te komen. Getuigt dit dan van daadkracht? Wel nee. Wiebes erkent feitelijk een wet te hebben ingevoerd (Wet DBA) zonder vooraf dus goed de uitgangspunten en consequenties te hebben onderzocht of doordacht. Daarnaast schat ik in dat een regeerakkoord er niet 1-2-3 zal zijn. Ook Wiebes dekt zich overigens al in want stelt in zijn brief dat de handhaving van de Wet DBA wordt opgeschort “in ieder geval tot 1 januari 2018 of zolang als het kabinet bezig is met de herijking van de arbeidswetgeving”. Wiebes kan ook alleen voor dit kabinet spreken. Dus wat er na de verkiezingen allemaal wel of niet gaat gebeuren, valt simpelweg niet te voorspellen.
Over dat opschorten van de handhaving van de Wet DBA nog het volgende. Wiebes doet het nu ook in de media voorkomen alsof de ingevoerde Wet DBA vanwege de opschorting van de handhaving geen negatief effect (meer) zou kunnen hebben voor zelfstandigen. Hij verzuimt echter te melden dat het zogenaamde ‘niet-handhaven’ slechts ziet op de sanctionering die gekoppeld is aan de Wet DBA. De Belastingdienst doet immers al maanden verstrekkende uitspraken over of bepaalde zzp’ers wel of niet zelfstandig zijn. De Belastingdienst schroomt in sommige gevallen niet voorbij te gaan aan feiten, de heersende jurisprudentie (Groen/Schroevers-arrest) en de arbeidsrechtelijke criteria. Zelfs als een zzp’er zich kan laten vervangen, en dat al jaren heeft gedaan, stelt de Belastingdienst: “het is onwaarschijnlijk dat dat kan”. Gevolg: door uitlatingen van de Belastingdienst – voortkomend uit de ingevoerde Wet DBA – zijn sommige zelfstandigen inmiddels gedwongen lager betaalde loondienstverbanden te accepteren. Waarom er dan ook telkens gesproken wordt over “opschorting van de handhaving van de wet DBA” is mij een raadsel. De Belastingdienst lijkt zich op zijn zachts gezegd in te spannen om opdrachtgevers en opdrachtnemers te demotiveren nog langer opdrachtovereenkomsten aan te gaan. En dat allemaal – zoals wij in de brief van Wiebes hebben kunnen lezen – zonder dat er voorafgaand aan nieuwe wetgeving eerst een gedegen onderzoek heeft plaatsgevonden naar het huidige maatschappelijke beeld van de arbeidsverhouding. Denken voorafgaand aan handelen is blijkbaar niet meer van deze tijd.
Het voorleggen van modelovereenkomsten aan de fiscus blijft volgens Wiebes wel nog mogelijk, maar is volgens zijn brief niet (meer) nodig. Dus net als je denkt: “kan het nog gekker?”, word je door Wiebes erin bevestigd dat dat inderdaad kan. Want met deze uitlating lijkt hij namelijk te stellen dat opdrachtgevers en opdrachtnemers zich nu dus niet meer de vraag hoeven te stellen hoe men zich kan houden aan de ingevoerde Wet DBA.
Bij de brief van Wiebes zit ook nog een bijlage over onder meer de definitie van kwaadwillenheid. Zo geeft Wiebes in de bijlage aan dat als de (model) overeenkomst is afgewezen, dat nog niet betekent ‘dat je kwaadwillend bent’ indien je toch een opdrachtovereenkomst aangaat. Deze opmerking is verhelderend, want er gingen al geruchten dat sommige belastinginspecteurs dat anders zagen.
Kort en goed, ook deze brief van Wiebes laat helaas nog steeds veel vragen vanuit de praktijk van zzp’ers onbeantwoord.
Ondertussen heeft ook de Eerste Kamer vragen over dit onderwerp. Op 7 februari a.s. gaan leden van de Eerste Kamer met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Asscher) onder meer over de Wet DBA in conclaaf. Deze ‘real life soap’ serie wordt dus nog wel even vervolgd….
Mr Sascha I. Janssen
Partner bij JENS advocaten te Utrecht